De Indonesische kleinzoons van Leontien Namsa Kasmi (buitenste zijdes) zijn werkzaam bij respectievelijk het leger en de politie. Vlak voor de afscheidsceremonie hielden zij de urnen van hun grootouders vast. Daarbij aanwezig waren Vincents zoon Ravèll en Vincents halfzus Sukasni.
De Indonesische kleinzoons van Leontien Namsa Kasmi (buitenste zijdes) zijn werkzaam bij respectievelijk het leger en de politie. Vlak voor de afscheidsceremonie hielden zij de urnen van hun grootouders vast. Daarbij aanwezig waren Vincents zoon Ravèll en Vincents halfzus Sukasni. Foto:

Vincents pleegouders zijn in Indonesië herbegraven: ‘Daarmee zijn twee werelden weer samengekomen’

Algemeen 1.712 keer gelezen

CUIJK | Vincent is trots. Trots op Nederland en het fijne leven dat hij aan dit land te danken heeft. Maar evenzo trots, of misschien wel meer, is hij om Keiees te zijn, en op zijn pleegouders in het bijzonder. Glunderend en opgewekt spreekt hij over hen, terwijl hij ze steevast gewoon ‘mama’ en ‘papa’ noemt. Onlangs zijn zij, Leontien Namsa Kasmi en Gerardus M. Namsa herenigd in het familiegraf in het Javaanse dorpje Sragen. Een complex verhaal waarin ook Vincents halfzus, Zwolle en ‘de kogel’ spelen een belangrijke rol hebben gespeeld. Kogel?

Vincent legt uit dat ‘mama’ al op jonge leeftijd beviel van zijn halfzus. Maar de omstandigheden zaten niet mee. Leontien moest haar dochter alleen opvoeden omdat haar man was overleden bij een verkeersongeluk. Enige tijd later kwam ze in contact met Gerardus. “Mijn moeder werkte als hulp in de keuken. Tevens nam ze de zorg van gewonden in een militair veldhospitaal op zich. Daar ontmoette ze een KNIL-militair,” vertelt Vincent. “Dat was mijn vader. Ze konden het direct goed vinden samen. Het was liefde op het eerste gezicht.” 

De verschrikkelijke tijd die Gerardus als militair doormaakte onder het Jappenbewind lieten blijvende sporen na. Mogelijk psychische, zoals veelvoorkomend bij militairen die oorlog en gevang hebben meegemaakt, maar sowieso lichamelijk. Vincent: “Mijn vader is toen geraakt door een kogel. Die is in zijn lichaam gebleven. Medici konden hem niet weghalen. Dat was te riskant.” Het metalen projectiel moest blijven zitten en zou geen complicaties opleveren. Behalve, naar alle waarschijnlijkheid, onvruchtbaarheid.

Nederland
Na het huwelijk trok het Molukse stel naar Nederland om een nieuw leven op te bouwen, tijdelijk. Ze kwamen in diverse opvangkampen te wonen. “In haar leven in Nederland heeft mijn moeder heel veel gedaan voor de Indonesische kinderen hier in Nederland,” zegt Vincent. “Dit uit verdriet. Verdriet omdat ze haar eigen dochter achter heeft moeten laten, ver weg. Maar ook omdat ze verder geen kinderen meer kon krijgen. Het is daarom dat ze mij adopteerde, helaas tot en met mijn vijfde jaar als pleegkind. Daarnaast had ze heel veel Molukse peetkinderen Maar ook deed ze ontzettend veel voor de gemeenschap. Net als mijn vader. Het waren écht lieve en goede mensen.”

In 1981 werd Vincents vader onverwachts ziek. Om verschillende redenen kwam hij in een ziekenhuis te liggen in Zwolle. Zijn gezondheid ging snel achteruit. Tien dagen na de ziekenhuisopname sloot hij zijn ogen voor het laatst. De tocht van Cuijk naar Zwolle was echter lang en Vincent kon er niet meer op tijd zijn om zijn vader nog te zien. Vincent: “Uiteindelijk werd hij daar begraven. Mijn vader was katholiek maar de Molukse gemeenschap daar is overwegend protestants. Papa lag als enige Molukker op een katholieke begraafplaats.” In 2019 kwam ook Leontien ter overlijden. “Moest mama dan daar in Zwolle worden bij gezet? En wie zou dat dan betalen? Wij woonden allemaal hier in Brabant. Hoewel we ontzettend veel van hen houden konden we echt niet zo vaak op en neer naar Zwolle om het graf te bezoeken.” Er werd gekozen voor crematie. Daarnaast werd Vincents pleegvader opgegraven. Zijn urn vond een thuis bij Vincent in Cuijk, naast de urn van zijn echtnote.

Opnieuw begraven
Tot 2022 dan, want vanuit de familie in Indonesië kwam het verzoek om de as van beide nu in het familiegraf in Solo te plaatsen. Thuis op de geboortegrond, waar Leontiens echte dochter, “Mijn halfzus dus”, over haar moeder en familie kan waken. Vincent: “Daarmee zijn twee werelden weer samengekomen.” In de Cuijkse achtertuin van Vincent werd een laatste, prachtige plechtigheid gehouden, zoals gebruikelijk voor oud KNIL-militairen. Vincent: “Mijn dank gaat uit naar mijn peetbroer Alo Refwutu, de stichting Molukkers bij de krijgsmacht Arthur Dias en uitvaartbegeleidster Angelique Schildt Gooijer.” Vervolgens gingen de urnen naar Indonesië, samen met Vincents zoon Ravèll en zijn vriendin Alessa. Daar werden Leontien en Gerardus ceremonieel herenigd met Leontiens dochter, kleinkindere en de verdere familie.

Vincent: “Ze zijn weer thuis. Ze zijn weer herenigd. Ze hebben nu rust. Ze hebben het hier goed gehad. Wij hebben het hier ook goed.” De Cuijkse Molukker spreekt zijn dankbaarheid uit: “We mogen onze voorgaande generaties niet vergeten. Het is heel belangrijk om te beseffen wie je bent en waar je vandaan komt. Daarom ben ik blij dat we hier afscheid hebben genomen, maar ook dat ze daar herenigd zijn. Het is goed zo.” Vincent loopt naar kast in zijn woonkamer en haalt een klein zakje tevoorschijn. “Toen papa werd gecremeerd zijn er een aantal spulletjes overgebleven. Die zijn mij dierbaar. Ik heb veel positiefs, doorzettingsvermogen en liefde aan mijn pleegouders te danken.” Het zakje gaat open. Tevoorschijn komt die bewuste kogel...

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant